Dit oefenexamen ging over woordenschat. Hieronder zie je de juiste antwoorden ingevuld in de zinnen, én zie je welke 3 woorden er over gebleven zijn! Veel plezier!

Woorden om uit de kiezen:

En vergeet niet te controleren of je de juiste vijf woorden niet hebt gebruikt!

1. Agenda

2. Het postkantoor

3. Planning

4. Vraagteken

5. Lessen

6. De oefening

7. Plaatjes

8. Kinderboeken

9. Antwoord

10. Uitroepteken

11. Vakanties

12. Verrukkelijk

13. Vraag

14. Cursus

15. Docenten

16. Tandsarts

17. Verrukkelijk

18. Vakanties.

A2 - Oefenexamen 2: Woordenschat

De juiste antwoorden:

1. Heb jij een speciale manier van leren? Bijvoorbeeld ‘s ochtends of ‘S middags?
2. Maak je daar een planning voor?
3. Lisa is gek op dieren maar houdt Het meest van van paarden
4. Schrijf jij in je agenda op wanneer je gaat leren, of andere dingen hebt gepland?
5. Pakketjes en brieven verstuur ik meestal via het postkantoor.
6. Hopelijk wordt 2025 een voorspoedig jaar!
7. Wanneer je iets aan iemand schrijft, en je stelt een vraag, dan eindig je de zin niet met een uitroepteken maar met een vraagteken.
8. Vervolgens kun je alleen maar hopen dat je het gewenste antwoord terug krijgt.
9. De lessen die ik volg voor mijn opleiding worden gegeven door docenten.
10. Veel kinderboeken en stripboeken bevatten veel plaatjes ter illustratie.
11. Het eten is bijna klaar, zou jij de borden op tafel willen zetten?
12. Het eten was werkelijk verrukkelijk!

De woorden die we deze keer niet gebruikt hebben zijn:

6. De oefening

10. Uitroepteken

13. Vraag

16. Tandsarts

18. Vakanties.